StarOffice 5 bevat StarBase, die vooral bruikbaar was als frontend voor andere database management systemen (DBM). Via ODBC, DB2 en JDBD drivers werden SQL-client-server databases als Adabas D, DB2 of het open source MySQL aangesproken. SQL staat voor Structured Query Language. Het is een programmeertaal waarmee grote databases via het TCP/IP protocol kunnen worden geraadpleegd.
Maar StarOffice 5 kon ook zelf databases aanmaken en wel in het dBASE III (OS/2, Windows, Linux) en StarBase bestandsformaat. Maar alleen in het slechts onder 32 bits Windows werkende StarBase bestandsformaat konden relationele databases worden opgezet. De OS/2 en Linux implementaties van starBase kwamen niet tijdig van de grond.
StarOffice's StarScheduler gebruikt zijn eigen bestandsformaat (Office51\store\schedule.cal). Maar de Takenplanner van IBMWorks is prima onder StarOffice te openen en te bewerken (ibmworks\data\todo.dbf). Hierbij zal StarOffice het het bestand als een rekenblad (Engels: spreadsheet) laten zien.
Rechts klikken Nieuw / Database levert een tabblad op waarin de volgende Eigenschappen van de database moeten worden opgegeven.
Klikt u in de Explorer op het StarBase bestand dan zijn er vier pictogrammen te zien:
Als praktisch voorbeeld stel ik voor om onder StarOffice een toegang tot de IMB Works Takenplanner te maken:
Formulieren, rapporten en queries maakt u snel aan met de Autopilot: bijv. Bestand / Autopilot / Formulier.
Bij werd het StarBase frontend in de URL file:///d|/os2bin/buro/office51/explorer/actiepunten.sdb aangemaakt. Dit sdb-bestand bevat de data van de Takenplanner nog niet, maar is slechts een manier (frontend) om de data in \ibmworks\data\todo.dbf te benaderen.
Er werden bij mij twee bestanden aangemaakt: Office51\explorer\Actiepunten.sdb en Office51\database\Actiepunten.url. Via beiden was de database te benaderen. Standaard laat StarOffice het DBF-bestand in een Excel-achtige opmaak zien.
Voor OS/2 gebruiker is het goed te weten dat Lotus Approach standaard dBase III+ of IV bestanden met extensie DBF aanmaakt. De veldnamen mogen onder Approach maximaal 32 tekens lang zijn. StarOffice ondersteunt slechts dBase III, maar kan ze in de praktijk wel gebruiken.
Approach maakt voor ieder nieuw geopend dBase bestand een Approach bestand (APR) aan en geeft u de mogelijkheid dit Approach bestand te wijzigen en op te slaan. Is er eenmaal een passend APR bestand aangemaakt (naam.apr bij naam.dbf) dan zal Approach dat openen. Approach bestanden bevatten geen data, maar methoden om databestanden in een prettige opmaak in te lezen, te bewerken, te onderzoeken (query) en aan elkaar te koppelen. Het koppelen van de ene databestand aan het andere is het het kenmerk van relationele database. Deze relaties worden in het APR bestand opgeslagen.
Het standaard bij de opening van een database aangemaakte Approach APR-bestand bevat een Excel-achtig werkblad en een formulier om de data te bewerken en in te voeren. Via Menu /Maken kunnen in het Approach APR-bestand nieuwe formulieren, rapporten, werkbladen, kruistabellen en grafieken worden opgemaakt. Alle relaties, variabelen en rekenvelden worden in het APR bestand opgeslagen.
De 32 bits Lotus Approach bestanden voor Windows en OS/2 zijn niet met de originele Approach voor 16 bits Windows compatibel. Bij het openen van een 16 bits Windows APR bestand vindt een onomkeerbare conversie naar een 32 bits Lotus formaat plaats.
Approach bestanden zijn alleen door Approach in te lezen. Maar omdat ze geen harde data bevatten, kan dit ook geen kwaad. De door de Approach gegenereerde variabelen kunnen door Approach als vaste data naar allerlei bestandsformaten worden geëxporteerd. Een zaak die hierbij altijd in de gaten gehouden moet worden is het gebruik van de juiste tekenset.
Binaire, memo en OLE velden worden door Approach in een aan het hoofdbestand gekoppeld dBase memobestand (.DBT) opgeslagen. DBT bestanden zijn niet door Starbase te lezen, maar waarschijnlijk wel door zijn meer geavanceerdere opvolgers. Maar Microsofts OLE techniek wordt natuurlijk alleen door Windows (en in mindere mate door OS/2) ondersteund.
Memovelden zijn bijzonder nuttig. Het gaat in feite om tekenstrings van onbepaalde grootte. U kunt ze gebruiken voor aantekeningen en om brieven zonder opmaak op te te slaan. in een relationele database koppelt u ze bijvoorbeeld aan de geadresseerde. De uiteindelijke grootte van een DBT memoveldbestand is de 2 GB bestandsgrootte onder OS/2. Maar hierin kunt u veel correspondentie kwijt. Memovelden kunnen door veel databaseprogramma's worden ingelezen. dBase III+ viewers laten de eerste 5000 tekens en dBASE IV viewers komen tot 64.000 tekens. Maar StarOffice 5 kan ze zelf helaas nog niet zelf inzien. Maar misschien wel als frontend van een externe DBM als MySQL.
De al in het 16 bits voor Approach voor Windows aanwezige PicturePlus velden bevatten bitmaps. Ook deze worden in memovelden (DBF) opgeslagen.
De door Approach aangemaakte indexen (.ADX) zijn niet met StarBase compatibel. En ook niet met dbase zelf, die met de extensie NDX werkt.
OpenOffice had geen explorer zodat de database functionaliteit meer verstopt was. SUN leverde bij StarOffice 6 de Adabas D database, maar OpenOffice.org had geen goede engine om meer om datbase bestanden mee aan te maken.
In OpenOffice.org 2.0 werd de matig functionerende StarBase verlaten om plaats te maken voor de Java HSQLDB database engine (http://hsqldb.org), die ook zelf in staat is relationele database bestanden aan te maken (Nieuw / Bestand). Anders dan in StarBase worden alle relevante gegevens (tabel definities, relaties, gegevens, queries, formulieren, rapporten) in één XML bestand bewaard.