Aan de slag!

> OS/2 Index <

Inhoud

Welke versie van Warp?



De lokatie van de OS/2 installatie

Eenvoudige installatie



Installatie op maat


Fasen in de OS/2 installatie

De tekstmodus fase



De grafische fase



OS/2 Warp configureren


OS/2 naast DOS en Windows installeren

Dual Boot



OS/2 en FAT32



Primaire FAT32 stations



Logische FAT32 station


Deze pagina's zijn gemaakt om u te laten zien hoe u OS/2 op uw PC installeren en onderhouden kunt. De site is bedoeld voor de thuisgebruiker die weet wat hij doet en enig experiment niet schuwt.

> Top <

Mijn uitgangspunt is dat u OS/2 op dezelfde PC naast een al bestaand besturingssysteem (Operating Systeem, OS) zult installeren. Meestal zal dit een versie van Windows zijn. Het spreekt vanzelf dat u niets van uw bestaande configuratie wilt verliezen. Dat u zowel de oude programma's wilt kunnen opstarten, maar daarnaast ook eens iets heel anders (OS/2 of Linux bijvoorbeeld). Dat kan in principe heel goed.

Wat u hier voor nodig hebt is wat extra ruimte op uw harde schijf en een boot manager. Een boot manager is een programma dat u via een menu laat kiezen welk besturingssysteem geladen wordt. Zo kan ik bij het opstarten van de computer kiezen tussen Windows 95, Dos 6, twee versies van OS/2 en Linux.

De boot manager van IBM (Opstartbeheer) maakt deel uit van OS/2 Warp 3 en 4. Een aan FAT32 aangepaste versie van de IBM boot manager werd geleverd bij PartitionMagic van de firma PowerQuest. Het bij Warp 3 en 4 geleverde Opstartbeheer heeft helaas problemen met FAT32. Linux levert Lilo. Microsoft levert een boot manager bij Windows NT en 2000, maar niet bij DOS of Windows 9x.

Informatie over het vreedzaam laten samenleven van meerdere besturingssystemen op een computer vindt u in: Over partities en partitioneren.

Welke versie van Warp?

> Top <

Als u OS/2 nog moet aanschaffen hebt u de keus uit Warp 4 of eComStation. Vanaf 1 februari 2001 is alleen eComStation nog beschikbaar. OS/2 Warp 4 heeft dan bij IBM het End of Service stadium bereikt.

Warp 3 (incl. de IBM boot manager) is op computer beurzen nog wel eens voor een paar tientjes verkrijgbaar. Hiermee kunt u na applicatie van een recent fixpack een uitermate stabiel OS/2 systeem opzetten dat nauwelijks onderdoet voor Warp 4. Maar voordat u zover bent moet u aardig wat werk verzetten.

Houdt u in de gaten dat er van Warp 3 m.b.t. Win-OS/2 ondersteuning verschillende versies zijn: Warp 3 voor Windows Users (Red box) en het volle product met Win-OS/2 support (Blue box). Zie Win-OS/2 versies. Bij Warp 4 en eComStation is een snelle voor OS/2 gecompileerde versie van het 16 bits Windows al bij de prijs inbegrepen. U hebt hiervoor geen Microsoft diskettes (licentie) nodig. Alle Warp versies hebben een goede DOS ondersteuning.

eComStation wordt door Serenity Systems op de markt gebracht. Deze OS/2 OEM distributie beschikt over een op OS/2 Warp Server voor eBusiness gebaseerd OS/2 systeem (kernel, Journaled File System, TCP/IP stack met firewall) met recente drivers uit het IBM Convenience Pak (USB). Voor weinig geld krijgt u Lotus SmartSuite 1.6 en andere applicaties erbij. eComStation lijkt gezien de prijsstelling voor thuisgebruikers de beste keus. Door de aanwezigheid van recente drivers is de installatie van eComStation op een moderne PC vrij gemakkelijk te doen.

Ik heb er een aparte sectie voor aangelegd: eComStation.

Bij Mensys (023-5482020) kunt u terecht voor vragen, prijzen en bestellingen.

De locatie van de OS/2 installatie

> Top <

Al vroeg in de OS/2 installatie moet u een keus maken tussen "eenvoudige installatie" een "installatie op maat". In beide gevallen bent u in staat Dos (Windows) en OS/2 op dezelfde PC te booten.

Installatie op maat vereist planning. Bij eenvoudige installatie hebt u weinig te kiezen. Daarom wordt deze installatie "eenvoudig" genoemd. De eenvoudige installatie plaatst OS/2 net als DOS of Windows gewoon in de actieve C. Het begin is eenvoudig, de problemen komen later... (zie hieronder).

Eenvoudige installatie

> Top <

De eenvoudige installatie plaatst uw OS/2 bestanden in principe in station C. Voorwaarde is dat deze actieve primaire partitie op de eerste vaste schijf al als FAT is geformatteerd. OS/2 zal op een station C dat al een versie van Dos 3.3 of later bevat de Dual Boot optie installeren, zodat u de mogelijkheid krijgt om òf Dos (en dus ook Windows) òf OS/2 te booten (zie Dual Boot).

Op de lange termijn is het echter geen goed idee om OS/2 en Dos op één FAT16 partitie te laten samenleven. Windows 9x is al helemaal niet op een ander OS ingesteld. Als u Windows 9x toch regelmatig "schoon" installeren moet, kunt u daarom meteen beter kiezen voor "installatie op maat" en OS/2 zijn eigen HPFS partitie gunnen. Dan hebt u altijd een OS dat opstarten wil!

Indien de C partitie niet als FAT16 is geformatteerd of als Warp in een logisch station wilt installeren u kiest u voor "installatie op maat".

Waarschuwing: SABOTAGE

De checkdisk van Windows 2000 maakt bij iedere Win2k herstart de bij Warp geleverde IBM bootmanager onklaar. Deze bootmanager is nodig om OS/2 Warp in een logisch station te installeren. Na installatie van OS/2 Warp kunt u de IBM bootmanager door een alternatieve boot manager vervangen.

De laatste Microsoft Windows FDISKs maken buggy FAT32X partities aan die niet door de OS/2 FDISK gelezen kunnen worden. Ook Linux FDISKs maken incomplete partitietabellen aan. Als u pech hebt moet u deze partities eerst verwijderen en daarna alle besturingssystemen in door OS/2 gemaakte partities installeren.

Voor meer info raadpleeg : Microsoft en de anderen in Over partities en partitioneren.



Installatie op maat

> Top <

De beste installatie is "Installatie op maat". Hierbij wordt het programma FDISK gestart. Met FDISK kunt u partities maken, partities wissen, een partitie voor OS/2 installeerbaar maken, de IBM boot manager (Opstartbeheer) installeren en instellen. Het installeren van de IBM boot manager in een primaire partitie (bij voorkeur als eerste primaire partitie op de eerste harde schijf) is een van de eerste dingen die u moet doen. Ook als u een andere boot manager dan die van IBM wilt gebruiken! Vervolgens moet u een voor Warp bestemde partitie aanmaken en installeerbaar maken.


Technisch gezien is "installatie op maat" veruit superieur. Op een PC met een ongeformatteerde harde schijf moet u er zelfs voor kiezen. Als u beschikt over een speciale partitie manager (eventueel het freeware FIPS voor FAT schijven), zou ik hier gebruik van maken om ruimte te scheppen voor een HPFS partitie voor OS/2. En ook als u Windows 9x regelmatig "schoon" moet installeren, is "installatie op maat" veruit de beste keus.

Hieronder ga ik wat concreter in op de Installatie op maat.

Fasen in de OS/2 installatie

> Top <

De installatie van OS/2 kent meerdere fasen. Het is goed om in hoofdlijnen te weten wat hier gebeurd. Als alles goed gaat hebt u geen probleem, maar bij problemen is het stadium waar het proces bleef steken een belangrijke aanwijzing voor de aard en oplossing van het probleem.


Ik beschrijf hier de installatie van Warp 3. De installatie van Warp 4 (2 diskettes en de rest van CD) verloopt doorgaans probleemloos. U vindt er overigens dezelfde fasen in terug.

Diskettes maken

IBM labelt de installatiediskettes eigenwijs: de eerste diskette die u gebruikt is de "Installatiediskette". Die bootdiskette& is eigenlijk "Diskette 0". De tweede diskette heet "Diskette 1" en de derde "Diskette 2". Ik gebruik hier de IBM terminologie.

Hebt u tijdens de installatie de beschikking over een CD dan maakt de drie bootdiskettes aan met CDINST.CMD of CDINST.BAT (onder DOS/Windows).

Moet u een hele reeks diskettes maken omdat de PC (oude laptop) niet over een CD beschikt, dan gebruikt u MAKEDSKS.CMD of MAKEDSKS.BAT. Neem hiervoor gloednieuwe diskettes zonder fouten. De installatie van diskette duurt erg lang en met een niet op een retry reagerende leesfout (CRC error) bent u weer helemaal terug bij af.

Van belang is dat u op grote schijven (> 4 GB) de originele IDE drivers op "Diskette 1" door recentere moet vervangen. Zie ondersteuning voor IDE harde schijven voor de fix.

Heel in het kort:

Plaats deze zin in A:\CONFIG.SYS van Diskette 1.

SET COPYFROMFLOPPY=1 

Vervang enige stuurbestanden: minimaal de IDE driver ibm1s506.add.

De tekstmodus fase

> Top <



In de eerste fase start u de computer met diskettes op. Om te booten zijn de Installatiediskette en Diskette 1 nodig. Cruciaal in deze fase is of OS/2 Warp de harde schijf en andere vereiste hardware herkend.

Country.sys

De foutmelding "cannot find country.sys" duidt vrijwel altijd op een algemeen leesprobleem. Country.sys is het eerste stuurbestand dat door de OS/2 kernel via het bestandssysteem geladen wordt. Het wordt met het pad geduid:

COUNTRY=031,H:\OS2\SYSTEM\COUNTRY.SYS

Country.sys is dus ook het eerste bestand dat gemist wordt als het bestandssysteem van de harde schijf of de diskette niet via de CONFIG.SYS te benaderen is.

Mogelijke oorzaken:

Let op de juiste instellingen van het diskettestation in het BIOS als de foutmelding plaatsvindt bij het booten van diskette: is het juiste disketteformaat ingesteld?.

Idem bij het booten van de harde schijf: LBA goed ingesteld? En is de BIOS instelling niet achteraf via een HD autodetect optie veranderd?

Vergeet "SET COPYFROMFLOPPY=1" niet als u Warp op een grotere IDE schijf installeert. Anders leest Warp in de tweede fase met de verouderde IDE drivers de harde schijf.

Een belangrijke oorzaak voor de foutmelding is een veranderd schijfletterschema. Dit speelt typisch als u OS/2 in een logisch station hebt geïnstalleerd.

Een C:\OS2\SYSTEM\COUNTRY.SYS blijft altijd een C:\OS2\SYSTEM\COUNTRY.SYS, maar een H:\OS2\SYSTEM\COUNTRY.SYS, kan een I:\OS2\SYSTEM\COUNTRY.SYS worden als u een partitie voor de H aanmaakt of via een IFS stuurbestand activeert.

Ook het gebruik van een andere versie of type "Direct Access Storage Device" (DASD) Manager (DaniDASD.DMD i.p.v. OS2DASD.DMD) kan consequenties hebben voor het schijfletterschema dat OS/2 ziet.

Denk hierbij aan nieuw geïnstalleerde IFS drivers (FAT32!) of het aanmaken van een primaire partitie op een pas geinstalleerde tweede harde schijf! De laatste is voor de OS/2 kernel altijd een D. De oude D wordt een E, en alle logische partities schuiven een letter op. Ook met fixpacks kan zoiets optreden. De toevoeging van ondersteuning van verwisselbare media kan ervoor zorgen dat stations opduiken die tijdens de OS/2 installatie niet te zien waren. Een fixpack of IDE driver update kan dus een lelijk probleem veroorzaken als OS/2 in een logisch station zit.

Defecte diskettes

Defecte diskettes kunnen leesfouten (crc errors) geven. Maak met de DOS of OS/2 DISKCOPY altijd reservekopieën van alle installatiediskettes! Gebruik bij voorkeur de reservekopieën (dan weet u ook zeker dat ze werken!). De diskettes kunnen ook van de CD nieuw aangemaakt worden (=>/cdinst.bat). Maak reservekopieën b.v.k. op hetzelfde diskettestation aan waarmee u OS/2 gaat installeren.

Trap meldingen

Trap errors zijn geheugenfouten die vrijwel altijd door ondeugdelijke of niet goed ingestelde drivers en/of hardware ontstaan. Het scherm wordt ineens zwart en bevat een tekst als:


Trap 000D ERRCD=0000 ERACC=**** ERLIM=****

The system detected an internal processing error at location

##0168:FFF492DE - 000E:C2DE

60000, 9084

05861532

Internal Revision 9.034 98/11/17


Warp 3 doet niet aan PNP en laadt standaard stuurbestanden voor IDE en SCSI schijven via de config.sys van Diskette 1. Deze doen aan autoprobing, maar dat kan mis gaan. Het vervangen van verouderde drivers op Diskette 1 en het aanpassen van de config.sys kan uitkomst brengen.


Probeer daarom bij het vroegtijdig optreden van trap fouten, de niet bij de installatie benodigde stuurbestanden uit te schakelen door in de CONFIG.SYS van de Diskette 1 het woordje REM voor de driver te plaatsen (REM DEVICE=....). Zo kunnen deze drivers ook geen problemen veroorzaken. Ook is het zo mogelijk bepaalde drivers in de config.sys meteen al parameters mee te geven die voor uw hardware van toepassing zijn. Dit geldt m.n. voor IDE driver. Zie: Ondersteuning voor IDE harde schijven .


REMark maar wat u zeker niet nodig hebt:

rem basedev=print01.sys ( u hoeft niet te printen tijdens de installatie)

rem basedev=ibm2flpy.add (alleen nodig voor een Micro Channel FD)

rem basedev=ibm2scsi.add (alleen nodig voor SCSI)

rem basedev=ibmint13.i13 (waarvoor nodig?)


Bewerk ook de SNOOP.LST, maar gebruik hier een punt komma om onnodige drivers uit te schakelen.

Na een eerste welkom krijgt u de keus tussen Eenvoudige installatie en Installatie op maat .

OS/2 Warp 4 Installeren



Kies een van de onderstaande opties om te beginnen met de installatie:



1. Eenvoudige installatie



De eenvoudige installatieprocedure is bedoeld voor de meeste gebruikers van OS/2 Warp 4. Het programma neemt beslissingen voor u op basis van uw huidige systeemconfiguratie. Druk nu op F1 voor meer informatie over deze installatieprocedure.

2. Installatie op maat

De installatie op maat is bedoeld voor ervaren gebruikers met technische kennis. U moet zelf beslissingen nemen over de configuratie van uw systeem. Druk nu op F1 voor informatie over deze installatieprocedure.



Bij Installatie op maat wordt FDISK gestart indien u niet in de default partitie C wilt installeren (Optie 2).

Let er nu op of FDISK de harde schijf goed herkend.

Is dat niet het geval, dan sluit u de installatie nu af (F3 in het FDISK menu).

Bij > 4 Gig schijven zit u vrijwel zeker met het probleem van de ondersteuning voor IDE harde schijven, waarvoor een goed werkende fix beschikbaar is (ibm1s506.add).

Ook zou het kunnen zijn dat FAT32 roet in het eten gooit.

Niet elke FDISK levert een voor OS/2 acceptabel resultaat af. Zie Fdisks.


Klopt alles als een bus dan kunt u gaan partitioneren. Als het goed is hebt u de richtlijnen bij het partitioneren al bekeken.

Voordat u de partities aanmaakt kunt u met de OS/2 FDISK de Opstartbeheer installeren. Zonder deze IBM boot manager krijgt u een installatie op maat nooit gedaan. Opstartbeheer heeft 1 megabyte nodig (op gigabyte grote schijven gaat het om een cilinder, vaak 7 MB) en neemt de ruimte in van een primaire partitie. Na een succesvolle installatie kunt u Opstartbeheer eventueel weer wissen om in te ruilen voor een andere boot manager. Hierdoor komt er ruimte voor een extra primaire partitie vrij (als de alternatieve boot manager geen primaire partitie nodig heeft).

Een systeem dat klaar is voor de installatie (in het installeerbaar gemaakte D schijf) ziet er bijv. zo uit.


                                    FDISK                                      
                                                                               
  Schijf 1                                                                     

  Partitiegegevens                                                             
  Naam          Status             Toegang            Type BS            MB    

                Startbaar           : Primair         BOOT MANAGER        3    
                Geen                C: Primair         Niet-geformat.    102    
  Warp 4        Installeerbaar      D: Logisch         Niet-geformat.   1027    
                Geen                : Pri/Log         Vrije ruimte      909    

Hier wil ik nog kwijt dat de beste plaats voor een OS/2 (en Linux) installatie een logisch station is. Zeker als u OS/2 naast andere besturingssystemen installeren wilt. In dat geval moet u gebruik maken van de IBM boot manager. Ook als u een andere boot manager gebruiken wilt! Maar de IBM boot manager kan alleen maar in een primaire partitie staan. Als u OS/2 ook nog eens in een primaire partitie plaats zijn al uw primaire partities (drie bij gebruik van een gedeeld logisch station) gauw op. In ieder geval hebt u twee primaire partities nodig.

U bent overigens niet verplicht om de OS/2 FDISK voor het partitioneren te gebruiken. Als u de partities met een andere FDISK of partitie manager van tevoren heeft gemaakt, dan is het enige wat u met FDISK van OS/2 nog moet doen:

Alle partities een zinvolle naam geven

Nog enige praktische tips.



partities labelen

Het zinvol labelen van partities (partitienaam wijzigen) is iets dat u nooit mag nalaten. U kunt op een wat ingewikkelder systeem gemakkelijk fatale fouten maken (verkeerde partitie wissen, formatteren) als u dit achterwege laat. Iedere fdisk ziet uw systeem weer anders. Ook is het goed een logboek te maken van alle handelingen die u verricht.

Installeerbaar maken

"Installeerbaar maken" is een OS/2 FDISK functie die alleen tijdens de installatie te zien is. Het zorgt ervoor dat het van diskettes (of CD: eComStation) geladen OS/2 weet waar het zichzelf op de harde schijf moet nestelen. Andere partities worden genegeerd (wel zo veilig als u Warp in een primaire partitie naast Windows installeert).

Boot manager

Bezit u andere boot manager dan de IBM Boot Manager (Opstartbeheer) die bij Warp geleverd wordt, dan kunt u deze het best van tevoren installeren. Natuurlijk voegt u de voor Warp bestemde partitie ook aan dit menu toe.

OS/2 in een logisch station

Houdt er echter wel rekening mee dat u de IBM boot manager moet installeren als u OS/2 in een logisch station of in een primaire partitie naast een ander besturingssysteem installeren wilt. Na de installatie kunt u eventueel de IBM Bootmanager vervangen door een alternatief die geen primaire partitie benodigd. Hebt u geen primaire partitie meer over (drie bezette primaire partities en een uitgebreide partitie), dan zit er niets anders op dan tijdelijk de kleinste primaire (DOS?) partitie te backuppen en te wissen en na de OS/2 installatie weer aan te maken en de inhoud terug te zetten. PartitionMagic gebruikers zouden zo'n primaire partitie tijdelijk even op een 2e harde schijf kunnen parkeren (niet vergeten de kopie tijdens de OS/2 installatie onzichtbaar te maken!!!).

Bootdiskette

Houdt u er rekening mee dat de installatie van Warp iedere boot manager tijdelijk zal uitschakelen. Zorg er dus altijd voor dat u over van tevoren geteste reddingsdiskettes met FDISK beschikt, waarmee uw eigen boot manager onder alle omstandigheden weer kunt reactiveren. Zie ook: De verdwenen boot manager.

Na een reboot start Warp weer van de drie diskettes op. Bij de installatie via de CD wordt de CD benaderd. Daarna vraagt het installatieprogramma u om een bevestiging van het installeerbaar gemaakte station (hier D:)

Station voor Installatie Kiezen

Als u gebruik wilt maken van een aantal versies van DOS, OS/2 of andere besturingssystemen op dezelfde vaste schijf, raadpleegt u eerst de documentatie bij OS/2 voor informatie over het beheer van de vaste schijf met OS/2 Warp 4.

Als u meerdere primaire partities op de vaste schijf hebt gedefinieerd, kiest u optie 2 om te controleren of de juiste partitie is geactiveerd.

OS/2 wordt geïnstalleerd in station D

Kies een van de volgende opties:

1. Station accepteren

2. Ander station of andere partitie opgeven

Als u optie 2 kiest, wordt het scherm FDISK afgebeeld.



Na een gedwongen reboot van de diskette wordt u gevraagd de voor Warp bestemde partitie met FAT of HPFS te formatteren (HPFS aanbevolen). Dat is de partitie die u als "installeerbaar" opgegeven hebt.

Installatie OS/2 Warp 4

Verwijder de diskette uit station A.

Plaats Diskette 1

Druk vervolgens op Enter.

De bestanden van Diskette 2 t/m 6 (of hun images op CD) en later die van de Installatiediskette en Diskette 1 worden nu naar de Warp bootpartitie gekopieerd. Als alles erop zit wordt u gevraagd de laatste diskette te verwijderen en de computer te herstarten.

De grafische fase

> Top <

In de grafische fase van de installatie boot OS/2 Warp van de harde schijf. De grafische interface is de Presentation Manager. Het standaard VGA stuurprogramma van IBM wordt gebruikt, dat zelden voor videoproblemen zal zorgen.

De meest voorkomende problemen bij het laden van OS/2 zijn:

Warp boot niet

Warp 3 (niet 4) wil op bepaalde hardware niet voorbij de 2 Gig grens opstarten.

Vreemde berichten op een zwart scherm

Meestal een probleem met IBMs506.ADD , de CD-Rom of andere hardware. DMA, IRQ en geheugenadressen kunnen verkeerd ingesteld zijn of zijn er compatibiliteitsproblemen van de geheugenkaartjes (Zie: Valkuilen bij de installatie van OS/2 Warp en met name Ondersteuning voor IDE harde schijven).

De geluidskaart is in deze fase nog niet geïnstalleerd, deze kan bij de volgende herstart pas voor problemen zorgen.

Netwerkapparatuur detectie uitschakelen

SET CONNECT_SNIFF=NO in de config.sys voorkomt dat Warp 4 na de reboot eindeloos op zoek gaat naar een netwerkkaart.

Maar meestal gaat het goed en ziet u een scherm waarin u de configuratie van uw systeem kunt opgeven:






Neem hier de tijd voor en zorg er vooral voor dat u 100% zeker bent over de instellingen geluidskaart. Kies bij twijfel voor geen. U kunt het later herstellen.

Videoadapter

De videokaart wordt - indien herkend - meestal direct door de Systeem Configuratie geselecteerd. Kies als u het niet 100% zeker weet VGA of SVGA om het juiste stuurprogramma van uw VGA kaart later met de installatieroutine van de fabrikant te selecteren!

Land

Nederland

Toetsenbord

Meestal Verenigde Staten van Amerika / Amerikaans (US)! De OS/2 installatie gaat er ten onterechte van uit dat Nederlanders doorgaans Nederlandse toetsenborden gebruiken. US is echter de regel. Verander in dat geval dus devinfo=kbd,nl,keyboard.dcp" in "devinfo=kbd,us,keyboard.dcp in de configs.ys van Disktte 1

Muis

Meestal Microsoft compatibel of Logitech M-series (de laatsten zijn ook MS compatibel). OS/2 werkt in eerste instantie met tweeknops muizen. Later kunt u specifieke scrollmuizen installeren. Drivers zijn op de de OS/2 Device Driver Pak On-Line Home Page van IBM te krijgen.

Printer

Als u uw printer niet vindt, laat u de instelling staan op "Geen printer". De verkeerde keus kunt u in Warp 3 niet ongedaan maken. De laatste stuurprogramma's voor uw printer(s) (omnixxx.zip met veel bredere support) kunt u ook later installeren.

Het volgende scherm toont meer hardware opties.




Het lastigste item is m.i. de ondersteuning voor de multimedia, omdat daar naar de exacte instellingen van uw geluidskaart wordt gevraagd. Tenzij u 100% zeker van uw zaak bent, zou ik u willen voorstellen dit deel van de installatie uit te stellen totdat u op zijn minst een config.sys bezit die OS/2 Warp 3 probleemloos (zonder ondersteuning van de geluidskaart) voor u laden kan. Als u deze ondersteuning wel installeert dan zou ik in eerste instantie alle ingangen met DEVICE = ?/MMOS2/.... in de config.sys remmen (d.w.z. veranderen in REM DEVICE=?/MMOS2/....) voordat u het systeem afsluit. De redenen hiervoor zijn als volgt:

Warp 3 kent geen Plug and play.

Warp 3 heeft geen recente stuurprogramma's (device drivers).

De door Warp 3 (en 4) voorgestelde waarden hoeven niet te kloppen!

Het laatste komt o.a. doordat Warp 3 vaak zal uitgaan van een ouder type merkkaart dan u bezit. Omdat de stuurbestanden van de geluidskaart bij de volgende herstart automatisch geladen worden is de kans groot dat OS/2 er met een lelijke trap error uitgegooid wordt voordat u ook maar iets van Warp heeft gezien! U zult dan alsnog de DEVICE= ingangen van de geluidskaart in de config.sys moeten remmen of aanpassen voordat u verder kunt. Maar doe dat maar eens met op HPFS! Zie Alternatieve bootmethoden voor OS/2. Velen gaven het in dit stadium helaas op.


Weet u het dus niet exact, of ziet u de juiste specificaties van uw geluidskaart (type kaart, DMA, IRQ) niet in beeld verschijnen, dan installeert u de multimedia later, als u over de juiste drivers en instellingen beschikt (Zie Links naar hardware en drivers). Maar nu zult u op zijn minst de installatie van een elementair OS/2 Warp systeem zien te moeten afmaken. Om ervan te kunnen genieten en spoedig vertrouwd te raken met de methodes om OS/2 te laden in noodgevallen.

Daarna moet u de videokaartdriver installeren. Veel oudere kaarten zal Warp 4 spontaan herkennen. Deze S3 Trio/64V+ wordt ondersteunt door Virtual PC.

Als Warp op een moderne (> 1996) PC uw kaart niet vindt, kies dan voor de Super VGA standaard. Later kunt u de Scitech stuurbestanden installeren.




Vervolgens komen er bij Warp 4 heel veel opties waarin u kunt aangeven welke niet essentiële onderdelen u wilt installeren. De meeste opties installeren fonts, grafische software en informatiebestanden. Die kunt u nu probleemloos installeren, maar u kunt het ook later doen (met het item Onderdelen installeren). Installeer op zijn minst de OS/2 Systeem Editor.


Op een zeker moment komt de mededeling dat de installatie van OS/2 Warp compleet is.

U mag het systeem afsluiten en als het goed is komt u na de volgende herstart de Werkplek tegen. Als u onder Warp4 meteen een default route naar het internet had zit u er meteen op.






OS/2 Warp configureren

> Top <

Vervolgens zou ik het volgende doen.

  1. De config.sys instellen

  2. Regelmatig reserve kopieën van de Werkplek en de config.sys maken, zodat de resultaten van 1 en 3 niet verloren kunnen gaan. Tip: installeer meteen Robosave.

  3. Vertrouwd raken met de Alternatieve bootmethoden van OS/2

  4. De Werkplek inrichten (dit is een continu leerproces)

  5. De nieuwste stuurprogramma's installeren

  6. Het netwerk instellen

  7. Op een computer met 16 MB of meer RAM de performance boost van een merkloze HPFS 386 overwegen.

Bij Warp 3 zou ik altijd Fixpacks installeren, bij Warp 4 afhankelijk van de behoefte.

OS/2 naast Dos en Windows installeren

Dual Boot

> Top <

Veel PC's worden geleverd met Dos en Windows op één grote FAT schijf C. Als u niet in staat bent OS/2 in afzonderlijke logische partitie te installeren, dan kunt u OS/2 naast Dos en Windows in de C plaatsen. Het installatie programma zal dit met de optie eenvoudige installatie voor u doen. Via een dual-boot optie kunt u of OS/2 of Dos (en dus ook Windows) booten.

Het voordeel van deze standaard installatieprocedure is het installatie-gemak. Het kan een aardige methode zijn om Warp eens uit te proberen. Maar wilt u langer met OS/2 werken, dan kan ik u slechts adviseren om OS/2 in een eigen logische partitie op HPFS te installeren.

Dual-Boot zet op een Fat16 partitie de Dos en OS/2 systeembestanden om. In de tijd van Warp 3 was dit nog een aardige oplossing. Toen had Warp slechts te maken met Ms-Dos. De harde schijven waren nog niet zo groot en Windows 3x gedroeg zich meer als een Dos programma.

Met de komst van Windows 95 en Dos 7 kwamen er lange namen op FAT16 schijven (vFAT) en werd de bootprocedure door Microsoft behoorlijk gecompliceerd. Met F8 biedt Microsoft de mogelijkheid om Win95 in verschillende modi of een oude Dos versie op te starten. Ook hierbij vinden weer omzettingen van systeembestanden plaats. Windows 95 houdt hierbij geen rekening met OS/2. Daarom is Dual-boot geen veilige optie meer.

OS/2 en FAT32

> Top <

Een eenvoudige installatie is nooit mogelijk als de C door FAT32 bezet is (Win95B, OSR-2, W98). In dat geval moet u een boot manager installeren, want OS/2 kunt u niet op een FAT32 schijf installeren.

Een bijkomend probleem is dat de standaard OS/2 stuurbestanden het FAT32 bestandssysteem niet herkennen. Vanuit Dos, OS/2 en Windows NT kunt u het ook niet lezen. De installatie van de IBM boot manager door de FDISK van OS/2 lijdt hier natuurlijk ook onder.

Nadat u OS/2 geïnstalleerd hebt kunt wel een OS/2 FAT32 IFS driver laden waarmee dit alsnog mogelijk is. Vanaf Fixpack 10 is OS/2 Warp 4 FDISK wel "FAT32-aware". Deze Fdisk maakt een andere IBM Bootmanager aan. Maar het nu wel kunnen zien van de FAT32 partitie kan het door BM gebruikte partitieschema weer in de war schoppen. In het ergste geval zal een eerder geïnstalleerd OS/2 systeem niet booten.

Het installeren van OS/2 in een primaire partitie naast FAT32 lukt waarschijnlijk nog het best met de gepatchte IBM boot manager van PartitionMagic 3.05.

Darryl Sperber schreef een artikel over dit onderwerp in VOICE : Installing OS/2 with FAT32 around. Hij adviseerde gebruik te maken van het DaniDASD.DMD stuurbestand (te vinden op Hobbes) dat de FAT32 partities wel herkend.

Recent (2002) bracht IBM een Extended Partition Support Updates uit: Expartw4.exe voor Warp 4 en expartcp.exe voor LVM/JFS systemen (FP13 en hoger). Met de bestanden van deze onder DOS en OS/2 zelfuitpakkende zipbestanden kunnen zowel geïnstalleerde systemen als bootdiskettes met het door de Windows 95 OSR2 (1996!) geintroduceerde 0F uitgebreide partitietype omgaan. De pakketten bevatten niet alleen aangepaste drivers, fdisks, maar ook aangepaste OS/2 kernels.

Let op: U hebt nog steeds DaniDASD.DMD als vervanger van OS2DASD.DMD nodig om type 0F FAT32 partities te benaderen.

Primaire FAT32 stations

> Top <

OS/2 verwacht op C een primair FAT16 of HPFS station aan te treffen. Dat zijn de bestandssystemen die het herkend. Toen Warp 4 uitkwam bestond FAT32 nog niet. OS/2 ziet de FAT32 partities dus niet of verward ze met ongeformatteerde FAT16 stations. Verder maakt het gebruikte OS/2 fixpack nog uit. De combinatie OS/2 met een FAT32 op C kan daarom tot vreemde situaties leiden (enige gevallen uit de CompuServe OS/2 Fora) :

Dit zijn lastige situaties die u beter kunt vermijden. Teveel hangt af van toevalligheden. Het bijplaatsen van een extra harde schijf, een (her)installeren van nieuw OS of het activeren van een IFS driver kan dit precaire evenwicht al in dermate verstoren dat u OS/2 opnieuw installeren moet, meestal omdat het schijfletterschema niet meer klopt.

Hebt u een FAT32 partitie in C dan kunt u Warp 4 in een primaire HPFS partitie ernaast installeren. Bij Warp 3 zal dit ook wel lukken mits u erop let dat bij Warp 3 de bootpartitie soms binnen de 2 GB grens moet blijven. In alle gevallen moet u Warp binnen de 1024e cylinder laten booten.

Voordeel hiervan is echter wel dat Warp in C zit en geen last heeft van de FAT32 partitie ernaast omdat die verborgen is als Warp loopt. In een dergelijk geval loont het om een gemeenschappelijke datapartitie aan te maken voor Windows en OS/2 in een logisch FAT16 of FAT32 station D.

De laatste versie van de IBM boot manager die bij PartitionMagic 3.05 geleverd wordt kan met een FAT32 in C overweg. Installeer dus zo mogelijk de IBM boot manager met PQ Magic versie 3.05 of gebruik een alternatieve boot manager zoals die van PartitionMagic 4. Dit is sowieso noodzakelijk als u Windows 98 met FAT32X gebruikt (Zie FAT32X). PQ Magic versies lager dan 3.05 kunnen hier niet mee overweg! De hiervoor benodigde updates haalt u bij Power Quest.

Logische FAT32 stations

> Top <

De beste plaats voor een logisch FAT32 station is wat OS/2 betreft achter alle logische FAT16 en HPFS stations. OS/2 kan de FAT32 schijf in eerste instantie niet zien en geeft er dus ook geen naam aan. De stelling dat OS/2 FAT32 schijven kan herkennen berust op een misverstand. OS/2 ziet soms een primaire FAT32 partitie voor een ongeformatteerde FAT16 partitie aan (zie hierboven). Maar OS/2's FDISK herkent de FAT32 partities niet. Nadat u OS/2 geïnstalleerd hebt kunt wel een OS/2 FAT32 driver laden waarmee het FAT32 station geactiveerd wordt. Als u de partitie met de OS/2 FAT32 driver installeert (IFS =Installable File System) dan schuiven de schijfletters van de daarop volgende schijven een letter op. Zit de OS/2 bootpartitie hierbij dan zal OS/2 niet meer laden. Vandaar dat u het FAT32 station achter de OS/2 partities moet plaatsen.

PS Het gebruik van FAT32 heeft alleen zin bij partities groter dan 512 MB.




> Top <
> OS/2 Index <